“Boerenjongen 1”
We zijn in een discotheek. Lekkere, broeierige sfeer. Drie jongens – type macho – sjansen en knipogen erop los. De dames echter zijn meer gecharmeerd van de simpele jongen verderop aan de bar – type boer.
Vanachter de bar zien we de boerenjongen op de rug losjes tegen de bar leunen. De jongens zijn jaloers op zijn libido, maar brengen toch de moed op te vragen hoe hij dat klaarspeelt. Overruled door de muziek zien we ze overleggen en de simpele jongen laat hen zijn matje in de nek zien en knipoogt. “Dat is het geheim”, horen we hem in gedachte zeggen.​​​​​​​
De drie macho’s lopen op de rug gezien al beraadslagend weg en de simpele jongen draait zich met een grijns op zijn barkruk om met gezicht naar de bar. Dan heft hij van onderuit het beeld zijn flesje Crodino, maar nog voor we dat goed en wel in beeld krijgen, snapt hij de camera en doet geërgerd zijn hand voor zijn flesje.
VO: Crodino. Het grote geheim uit Italië.
“Boerenjongen 2”
We zijn op een terrasje op een willekeurig mooi plein. Heerlijke lentesfeer. De drie macho’s – maar nu met matje in de nek – sjansen en knipogen er weer lustig op los. Verderop aan een tafeltje zit de grote antiheld – de boer – omgeven door dames. 
Cameraview vanachter de simpele jongen met zijn ‘harem’ laat zien hoe de jongens, jaloers op zijn libido, op hem afkomen en hem wenken even mee te gaan naar binnen om te vragen hoe hij dat klaarspeelt. Overruled door de gezellige café- en espressomachinegeluiden zien we ze overleggen en de simpele jongen laat hen zijn afgetrapte lompe schoenen zien en knipoogt. “Dat is het geheim”, horen we hem in gedachte zeggen.
De drie macho’s lopen op de rug gezien al beraadslagend weg en de simpele jongen loopt zelfverzekerd terug naar zijn tafeltje. Cameraview van voorkant van de ‘boer’. Dan heft hij van onderuit het beeld zijn flesje Crodino, maar nog voor we dat goed en wel in beeld krijgen, snapt hij de camera en doet geërgerd zijn hand voor zijn flesje.​​​​​​​
VO: Crodino. Het grote geheim uit Italië.
“Idylisch”
We zien een paradijselijke omgeving. Zoals wij het nauwelijks nog kennen. Het zachtglooiende heuvellandschap is besprenkeld met landelijke huisjes. Toscane. Het idylische beeld is overgoten met zo’n typisch zomeravondlicht. Goudkleurig. 
V.O.: Er zijn van die plekken die je je nauwelijks nog kunt voorstellen.
Een jongen loopt met een grasspriet in zijn mond. Een meisje klimt in een kromme eik. 
V.O.: Het leven is er zo rustig. Zo gemoedelijk.
Er klinkt gegiechel vanuit het hoge gras als de jongen voorbij loopt. Verderop bij een knusse herberg zit een familie te genieten van eten, drinken en elkaar. 
V.O.: Het leven is er perfect.
Dan wordt er door een paar mannen onder luid aplaus en gejoel een enorme fles Crodino op tafel gelegd. Dicht. Het rumour verstomt een beetje. Men kijkt vertwijfeld naar elkaar. Een oude grijsaard rommelt wat met zijn flesopener van zijn sleutelbos aan de gigantische dop.
V.O.: Eh… bijna perfect.
Een enorm eikenblad (net zo groot als de enorme Crodino-fles) valt voor het beeld langs en ontneemt het zicht op het tafereel. Het beeld zoomt versnelt uit, zodat we in normale proporties (klein dus) het eikenblad op een stoffig weggetje zien liggen. Een windvlaag doet ’em wegvliegen. Wat overblijft in beeld is het Toscaanse landweggetje.​​​​​​​
Tekst in beeld: Crodino. Bijna perfect.
“Oude man”
We zien 4 typische Italianen op een bankje zitten. Links 2 oude dorpsbewoners, dan een macho met stoppelbaardje en op de rechterhoek een schone Italiaanse met kinderwagen. Het is zonnig en stoffig. Het licht is goud.
De tweede oude man – oud colbertje, doorleefde kop met wollige wenkbrauwen en stoffen pet – begint te vertellen. Close-up. Hij kijkt doordringend de camera in. Alles in het Italiaans met ondertiteling. 
“Waar Crodino is ontstaan? Hier. In Crodo. Op een dag, wel… 500 jaar geleden, was er een herder die met zijn schapen de groene weiden van Crodo afgraaste. Hij verdiende nauwelijks genoeg om zijn lieve vrouw en 6 kindertjes te onderhouden. Maar het was een godvrezende man. Hij bad om verlichting. Elke dag…”
De oude man naast hem slaat een kruisje en knikt instemmend.
“… En zijn gebed werd verhoord! Op een ochtend – het was nevelig – zag hij dat het water van de kronkelige beek goudkleurig was. Hij ging door de knieën en nipte van het water… Mamamia! Het smaakte goddelijk! Zo puur, zo verfijnd. Hij richtte zijn blik langs de beek en zag verderop een wonderlijk schijnsel. Hij liep er langzaam naartoe. Daar waar de beek uit het bos tevoorschijn kwam, stond een gouden engeltje. En… hij waterde in de beek! Onze herder begreep dat het een teken van de Heer was en viel op zijn knieën. Terwijl hij God dankte, begreep hij iets met dit goddelijke water moest doen. Zo begon hij het water in flesjes te doen en te verkopen. Hij noemde het “Kleintje uit Crodo”. Juist ja, Crodino…
Een gelukzalige glimlach verschijnt op zijn gezicht.
Langzaam maar hard geklap doorbreekt de stilte. De macho naast hem zegt met veel dramatiek tijdens het klappen: “Bellisimo. Bellisimo.”​​​​​​​
V.O.: Crodino. Puur Italiaans.
“Fabriekje 1”
We zijn in een prachtig oud fabriekje. Een kleine Italiaanse fijnproever houdt een oogje in het zeil bij het productieproces. Hij vertelt over zijn baan en zegt waarvan Crodino’s gemaakt. 
Dan schept hij met een typische proeverslepel uit één van de grote tonnen en proeft. Hij trekt een bitter gezicht en zegt overtuigd: “Bellisimo!” Een goedkeurende klop op de ton en hij loopt naar de volgende.
V.O.: Crodino. Raar maar waar.
“Fabriekje 2”
We zijn in een prachtig oud fabriekje. Een typische Italiaan staat met een flesje Crodino in de hand en kijkt op zijn horloge. Hij vertelt waarvan Crodino gemaakt wordt en hoe de unieke goudkleur ontstaat. 
Weer kijkt onze Italiaan op zijn horloge en is even stil. Dan valt een prachtige straal zonlicht door het hoge raam naar binnen. De man heft langzaam het flesje Crodino omhoog tegen het zonlicht in en knijpt één oog dicht. 
Dan zien we de kleur van de Crodino exact overeenkomen met de kleur van het zonlicht. Zo exact dat het onderscheid niet meer te zien is. Alleen het etiket nog. “Bellisimo”, zegt de man en pakt het volgende flesje om hem ook te keuren.
V.O.: Crodino. Raar maar waar.​​​​​​​
Concept: Johan van den Outenaar
Script/copy: Johan van den Outenaar
Back to Top